Een doopfeestje

Uitnodiging doop El Gusto 13
Uitnodiging doop El Gusto 13

(verschenen in El Gusto 14, winter-lente 2014)

De hotelkamer van Hotel Royal Astrid is prima. Ik bestel een taxi voor 18:45. De man is stipt op tijd. Om exact zeven uur zet mijn chauffeur uit het nabijgelegen Ninove mij af bij Kaai17. Een chique, witte partytent staat voor de deur geparkeerd, de tafeltjes binnen zijn gedekt en het organiserend comité van El Gusto staat al klaar. “Een familiefeestje ?”, zegt mijn chauffeur. Ik trek een ernstig gezicht. “Nee, gewoon werk”. Deze middag heb ik in het hotel mijn huiswerk gedaan: de laatste drie El Gusto’s heb ik doorgespit en ik ben klaar voor een lange avond.

El Gusto 13

Al enige tijd was ik als sigarenadept op zoek naar een afzetgebied voor artikelen over sigaren. Via via viel de naam El Gusto; een voor mij nog onbekende naam. Het tijdschrift heeft een glossy, gelikte uitstraling, maar is inhoudelijk een verrassing. De kwaliteit van de verschillende artikelen is van hoog niveau. Hoofdredacteur Ben Vinken heeft een aantal mensen om zich heen verzameld met een geheel eigen stijl en expertise. Redacteuren Joost Houtman en Katrien Bruyland zijn breed georiënteerd en hebben een prettige en leesbare hand van schrijven; hun columns en reportages beslaan een breed spectrum. Geschiedenisdocent en filosoof Philippe Juliam weet diep door te dringen in het wezen van de sigaar. Bioloog Albert C Weyman reist de wereld af om al rokend het grote genieten te beschrijven. Enfin, een keur aan bijdragen die van El Gusto een volwassen tijdschrift maken. Het zowel Frans- als Nederlandstalige blad is daardoor meer dan alleen maar een magazine over sigaren.

Een fris biertje

Mister 'El Gusto' Ben Vinken
Mister ‘El Gusto’ Ben Vinken

Ambiance is onze gids, zijn de afsluitende woorden van hoofdredacteur Ben Vinken in de uitnodiging. Ben is een journalistieke veelvraat, een bierkenner, een levensgenieter, een voormalige wapenbroeder van niemand minder dan wijlen bier- en whiskyexpert Michael Jackson en bovenal een sigarenliefhebber en – kenner. Al snel wordt een aperosigaar gepresenteerd, de Rafael Gonzales Perlas, vergezeld van en verfrissend glas Malheurbier en enkele hapjes van de chef. Een korte en relatief dunne Cubaan (gauge 40). De Perlas ligt heerlijk in de hand maar vult hem wel. Met links mijn Malheurglas en rechts mijn Rafael Gonzalez moet ik toeren uithalen om ook nog de nodige exquise hapjes tot mij te nemen. De sigaar gaat vervolgens in de mond, maar dat maakt het converseren weer wat lastig. Om toch een ontspannen indruk bij mijn gesprekspartners achter te laten moet ik de eerste zweetdruppeltjes toelaten.

Ten doop

Lovely lobster
Lovely lobster

“A table”, hoor ik de ceremoniemeester roepen. Ik strijk met een zucht van verlichting neer aan de redacteurentafel; het jasje mag uit, mijn roker – inmiddels de tweede topsigaar van formaat, de Puros de Hostos Comendador Robusto –  gaat even in de asbak. Het Malheurchampagnebier van de tap is verfrissend lekker. Bierbrouwer Manu De Landtsheer zit schuin tegenover mij, zijn jonge, charmante vriendin naast mij. De goedlachse bierbrouwer is ook voorzitter van het sigarengenootschap. “Een van de oudste van België”,  laat ik mij door mijn overbuurman Tony Hoevenaars, importeur van de Cubaanse sigaar in de Benelux,  influisteren. Bij binnenkomst is ons al menige amuse geserveerd dus een dringende tafelgang heb ik nog niet. Het voorgerecht wordt ingeleid door de kok en daarna uitgeserveerd. De witte wijn bij het hoofdgerecht (kreeft) is heerlijk droog en op temperatuur. Hoofdredacteur Ben Vinken houdt met een korte speech El Gusto nummer 13 ten doop. De uitgave ligt in twee talen in stapels opgetast op een bijzettafel; onder de El Gustos, boven een nog nieuw te presenteren Dominicaanse sigaar.

College

Voorafgaande aan dit rookfestijn heb ik enkele rookvrije dagen ingelast. Alle sensoren en smaakpapillen staan bij mij vandaag in de proefmodus. In de taxi naar mijn doopfeestje in de Liefdadigheidsstraat 1 in Aalst heb ik de knop op ‘on’ gedraaid. Mijn overbuurman en tafelgenoot Tony Hoevenaars merkt al snel dat ik een novice ben in de sigarenwereld. 

Tony Hoevenaars
Tony Hoevenaars

Ik laat mij de rest van de avond door hem leiden. Hij doceert  op een prettige wijze over de tabakskever, de koelhuizen in Overijse (bij Brussel), de PR van Habanos richting winkeliers, zijn reizen over de wereld, over Cuba, over de manier waarop hij in dit métier is gerold en over het behandelen van een sigaar. Deze laatste uiteenzetting is voor mij een eye opener. Van nu af aan zal ik iedere sigaar en zeker iedere Cubaanse sigaar met egards behandelen. Nadat de volgende Balmoral Anejo 18, een Dominicaanse sigaar, door mijn vingers gaat, mag Tony Hoevenaars de zaal toespreken over zijn Cubanen. Hij spreekt over rijping van de sigaren (matured, aged en vintage), over Vitolas en over een vuistregel die een indeling in jaren rechtvaardigt. Mijn rechterbuurman Koen van Zandweghe, schrijver, advocaat, sigarenexpert en liefhebber knikt instemmend. Ik knik mee.

Geen rituele dans

The World of the Habano
The World of the Habano

Het kiezen, voelen, ruiken, knippen, aansteken, trekken en beoordelen van een echte Habano  (de echte benaming van de Cubaanse sigaar) is zowaar geen sinecure. Dit maakt Tony, als managing director van Habano Benelux en gepassioneerd sigarenman, mij snel duidelijk. Al gauw laat ik mijn eigen sigarenknipper in mijn colbertje zitten. Tony heeft de echte, denk ik. Hij gebruikt een knipper die aan een kant gesloten is en zegt: zorg dat je altijd achter het hoedje blijft; een open knipper kun je natuurlijk ook op tafel leggen. Ik begrijp dat er natuurlijk altijd ‘puristen’ blijven die toch voor een meer traditionele ‘schaar’ of knipper kiezen. Een grote opening aan de sigaar zorgt er tevens voor dat alle rookkanalen openstaan en tegelijkertijd koeling meebrengt. Wanneer Tony zijn sigaar aansteekt, gaat dit niet met een doorsnee aansteker. Nee, Tony brandt zijn sigaar gelijkmatig met een soort van vlammenwerper alvorens hem tussen de lippen te nemen. Gebruik je een gewone aansteker, dan moet de sigaar gerold worden tussen de vingers. Hij moet per se gelijkmatig aangestoken worden anders volgt er scheeftrek. De sigaar wordt dan plaatselijk te heet, hetgeen een bittere smaak kan veroorzaken. De Cubaan die net door Tony is gepresenteerd – de Partagas Lusitanias, Aged 2006 – onthoofd ik volgens les 1 en steek ik volgens les 2 aan. Hij is heerlijk van smaak, karaktervol en vraagt om een ‘dram to match’.

La Bomba

La Bamba
La Bamba

De swingende tonen van het bandje La Bomba kunnen mij niet verleiden om de heupen te wiegen. Als stijve Hollander voel ik mij daar prima bij. Graag wil ik hierin het voorbeeld volgen van onze nieuwbakken Koning Alex; op zich geen slecht gezelschap. De techniek van het  ontspannen causeren met sigaar, magazine en een glas heb ik nog niet onder de knie. Daar zijn onze zuiderburen sterk in. Het glas rum dat op tafel voorbij kwam laat zich niet wegdrinken; helaas geen hoogstandje. Mijn tafelheer Tony Hoevenaars geeft wat rum adviezen bij zijn Cubaanse sigaren. Ik snel naar de bar. De barman moet mij echter nee verkopen wanneer ik om een Zacapa rum vraag uit Guatamala. Dan maar een Diplomatico uit Venezuela. Vandaag niet, zegt hij. Mijn taxichauffeur uit Ninove is stipt op tijd. “Lijkt wel een doopfeest met die witte tent”, roept hij naar de achterbank. “Was het ook”, zegt ik nagenietend.

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s