
(Verschenen in Whisky Passion no 1, 2015)
Een geur van grandeur
Koloniaal of neo-koloniaal ? Ik kan het niet direct thuisbrengen, maar het voelt goed. Ik zie een hoog, geornamenteerd plafond met goudverf accenten; zacht projecttapijt; obers met sloven in vlekkeloos wit; een hoekkast met rond glas (cabinet des cigares); doorkijkjes naar chique gedekte tafels met stoffen servetten, mooie panelling rondom, een spiegel met kuif en – het pronkstuk in deze voormalige rookkamer van Kasteel Engelenburg – een 4 meter hoge, donkerbruine caféspiegelkast gevuld tot de nok met malt whisky’s. ‘Teveel whisky’s’, zegt Jurgen Luppes met een glimlach, ‘want de planken zakken door en de vloer voor de kast en het sigarenkabinet staan ook al vol. Ik heb ze maar op alfabet gezet, anders kom ik er niet meer uit’. Alles in de kamer is een tikkeltje sleets, maar zeer smaakvol ingericht en overgoten met een mondiaal sausje.
Huisbutler

Hier voelt mijn gastheer, restaurant manager, sommelier, vinoloog en liquorist, zich al jaren thuis. ‘Ik ben onderdeel van het interieur, de huisbutler, zeg maar’. Aan de muur pronkt een diploma van de Nederlandse Wijnacademie en de Academie Gastronomique. ‘We hebben in 2000 de Scotch Single Malt Whisky Award uitgereikt gekregen en ik werd daarna Nederlands kampioen World Cup Sommelier in 2010. Ach, leuk. Maar van origine zitten we in de Zuid-Afrikaanse wijnen. Die whisky is eigenlijk gigantisch uit de hand gelopen’. Kasteel Engelenburg ligt inmiddels op een landgoed van 55 hectare, inclusief een qualifying 9 holes golfcourse. ’Eind jaren tachtig is het hier begonnen met 6 hectare: het kasteel en de slotgracht. Ik trof de toenmalige eigenaar Ton de Lange aan de bar van een Londens hotel waar ik stage liep. Of ik een paar weken kon helpen op zijn nieuwe landgoed in Brummen. Ik ben niet meer weg geweest’.
Divident in Arran

Jurgen vertelt enthousiast verder. Tijdens zijn ervaring in veelal oude Victoriaanse hotels en pubs in Londen kwam hij in contact met enkele Schotse collega’s. ‘Ik kon ze niet verstaan, maar we dronken vaak whisky. Zo is de liefde voor de whisky begonnen. Van de voormalige rookkamer wilde ik, een maal hier in Brummen, een koloniale, Britse whiskykamer maken. Samen met Ton heb ik toen in een dorpje ten zuiden van Leeds, uit een failliete pub deze achterwand gesloopt. Hij is dus helemaal origineel’. Inderdaad zie ik de gaten voor de verwarmingsbuizen nog lopen. Later zijn er nog spiegels ingezet. Zijn hand gaat bijna liefkozend over het houtwerk wanneer de herinneringen bovenkomen. ‘Het vervoer was vele malen duurder dan het ding zelf’. In 1992 is Jurgen de kast gaan vullen en nodigde hij Ad de Koning uit om een eerste whiskyproeverij te geven. Vanaf dat moment is het gaan lopen. ‘Bij de Arran Distillery hebben we toen ook nog een divident gekocht. Je betaalde 1200 pond en je werd uitbetaald in 60 flessen whisky’.
Balblair 2002, 46% abv

Bij het vullen van de voormalige cafékast is Jurgen begonnen met setjes van Diageo. De vraag van het publiek werd echter steeds gerichter: soms rariteiten, niet te duur, maar wel iets anders: exclusieve uitvoeringen. Veel independent bottlers, nu zitten we op 374. ‘Mijn eigen smaak is wat voller graag, iets meer jodium. Hij ligt nu bij de Islay whisky’s, maar het hangt ook van het moment af’. Onze sommelier geeft toe dat hij meer naar Zuid-Afrika gaat dan naar Schotland. ‘Ik mag er graag aan ruiken en af en toe wat proeven’. Hij bekent dat hij wel alle whiskyfestivals afloopt op zoek naar nieuwe whisky’s. Zelf is hij erg gecharmeerd van de Balblair (2002, 46 % abv), een 10 jaar oude Highland malt met bourbon finish. ‘Hierin proef ik ook wat ananas, geweldig’. Om zijn gasten goed te kunnen informeren proeft Jurgen de whisky altijd voordat hij uitgeschonken wordt. ‘Zo probeer ik zieltjes te winnen. De Glendronach 15 YO met zijn sherry finish valt meestal ook wel goed. Wanneer men meer gaat voor de omgekeerde asbak, dan kies ik voor een Ardbeg’.
Whisky pairing

Jurgen heeft als gesjeesde rechtenstudent een grondige nascholing gehad van niemand minder dan Ad de Koning, Harrie Verhaar, Han van Wees en Peter Klosse. Met name smaakprofessor Klosse trainde de sommeliers op de combinatie drank-spijzen. ‘Momenteel maak ik in het restaurant ook combi’s maken met whisky: ik wacht het menu van de chef af en ga daar dan whisky’s bij zoeken’. Het smaakprofiel van een malt whisky moet dan matchen met de smaak van de gerechten: of dat nu stroop, spek, of vis is. ‘De heren hebben vaak een wijn, terwijl de dames vaak de whisky verkiezen. Curieus ja, dat steeds meer dames zijn fan van whisky’. Met zichtbaar plezier merkt onze sommelier op dat het voornamelijk de mannen zijn die voor de zachtere whisky’s gaan en de vrouwen voor de sterkere Islay whisky’s. Met de pairing van whisky en gerechten stopt het niet voor mijn gepassioneerde gesprekspartner: ‘Bij de whisky-sigarenproeverijen die we ook nog organiseren, maakt sigarenhandelaar Willem Schimmel de keuze van sigaren bij mijn whisky’s’.
A distinguished gentleman
We lopen voorbij de whiskykast en stoppen bij de sigarenkast in de hoek van de kamer waar ik een flinke verzameling Glenfarglas zie staan. Vanwaar deze bovenmatige interesse, vraag ik. ‘Oh, dat is een leuk verhaal’, glimt Jurgen en pakt een groot fotoboek van de onderste plank.’ Enkele maanden geleden kwam hier een distinguished Britse heer binnen. De man stelde na het bestuderen van ons whiskyaanbod de vraag of wij geen Glenfarglas hadden. Ik had nog een 1961 staan en een 10 y.o. , maar that was it. Zichtbaar teleurgesteld liet de hotelbezoeker weten dat hij en zijn vrouw daar niet genoeg aan hadden. Of ik dan alsnog iets in huis kon halen. Ik kreeg wat argwaan en heb toen op zijn reservering gekeken: glenfarglas.co.uk. Het bleek John Grant himself te zijn. Hij wilde met zijn oude Bentley een route gaan rijden door Duitsland. Even later kwam hij terug met dit gesigneerde boek en met een paar dozen Glenfarglas: ‘Right, you fill this cabinet with these, my son’.
One for the road

Jurgen Luppes kan mij niet langer te woord staan want het werk roept. ’Loop toch vlug even een rondje mee’. Een uitnodiging die ik niet afsla. Het zonneterras wordt overkapt met een giga winterkamer annex serre. Door de open tuindeuren kijk ik uit op een waterpartij met daaromheen de greens van de golfbaan. De zichtassen van het kasteel zijn na de verbouwing in 1800 intact gebleven. We dalen af naar de goed gevulde wijnkelder van huidige eigenaar Johan Agricola. Links en rechts in de gewelfde kelderruimtes zie ik wijn. Vooral veel wijn: wijn in rekken, wijn in kisten, wijn in dozen en de zeer speciale wijnen in enkele oude dekenkisten.’ Zo, we gaan nog even naar de rookkamer voor een afsluitend borreltje, toch ? Dit is geen vraag van mijn gastheer, merk ik, maar een opdracht. Dociel van huis uit als ik ben, protesteer ik niet en met de ‘keuze van de zaak’ beëindig ik mijn bezoek. ’One for the road’, zou John Grant gezegd hebben. En we heffen een glas Balblair.
1 thought on “De whiskykeuze van de zaak: Kasteel Engelenburg te Brummen”